Het gebruik zou volgens een algemeen verbreide opinie zijn oorsprong vinden in de Germaanse
joelfeesten, de feesten die zich afspeelden rond de
midwinter-zonnewende (
21 december). De voorloper van de midwinterhoorn, de
ossenhoorn, zou rond die tijd geblazen zijn om de god
Odin of
Wodan te helpen bij zijn jacht op de wolf
Fenrir, die de zon verslindt waardoor het altijd donker zal zijn. Als Wodan erin slaagt de Fenrir te verjagen, dan zal het licht terug kunnen komen.
Zowel de ossenhoorn als de midwinterhoorn werden ook als communicatiemiddel gebruikt. Zo is in Drenthe de
boerhoorn bekend. Deze werd door de boerrichter, die aan het hoofd van de
boerschop stond, gebruikt om de boeren bijeen te roepen. Van de midwinterhoorn is onder andere bekend dat hij in de grensstreek gebruikt werd om
smokkelaars te waarschuwen voor de politie.